"You do not own a dog. You have a dog. And the dog has you"
Chelsea Handler


Portugal, Costa Vicentina oktober 2025

Rota Vicentina.
In het voorjaar van 2022 liepen we al eens aan de Costa Vicentina, destijds de lange afstandswandeling langs de kust: 'Trilho dos Pescadores' van Rota Vicentina. Naast deze route heeft Rota Vicentina nog een hele serie lusvormige dagtochten en de lange afstandswandeling 'Caminho Histórico' die door het binnenland loopt, hier hebben we onze zinnen ditmaal op gezet. Of het haalbaar is met de kortere dagen in het najaar gaan we beleven. Het is oktober 2025, wederom gaan we voor drie weken op pad.
De Portugese Costa Vicentina is pakweg 2500 kilometer rijden, net leuk om onze nieuwe camper te testen. We hebben onze oude California ingeruild op een heel jonge demowagen uit Duitsland, natuurlijk wel weer een California want leuker en handiger wordt het niet, we komen overal met deze compacte buscamper en daar waar grote campers en caravans worden geweerd kunnen wij gewoon doorrijden, heerlijk. 

Kurkeiken.
De Caminho Histórico start in Santiago do Cacém, een klassieke startplaats voor een pelgrimstocht naar Santiago de Compostela. Wij gaan de andere kant op, richting Cabo de São Vicente. Eindpunt van de eerste etappe is Vale Seco waar we de fietsen met aanhangers bij het informatiebord van Rota Vicentina parkeren. Onze California parkeren we op de ruime gratis parkeerplaats nabij Capela de São Pedro, een kleine ruïne die niet toegankelijk is. Jammer, want fotogeniek is ie wel.
Door een smal straatje lopen we naar het startpunt van de Caminho Histórico bij de kerk Igreja Matriz de Santiago do Cacém vlak naast Castelo de Santiago do Cacém. Het kasteel en de kerk staan praktisch tegen elkaar. Voordat we daadwerkelijk de GR11 oppakken, zoals de Caminho Histórico is gemarkeerd, lopen we een rondje over de kasteelmuren die uitzicht bieden op het stadje en het binnenland waar onze route loopt. Onder aan de trappen bij de kerk start de Caminho Histórico. Vrij snel lopen we over een smal onverhard pad omlaag naar Parque Urbano Rio da Figueira, een fraai stadspark met zwembaden, een vijverpartij en veel schaduwrijke zitjes. Hier zal het in de hete Portugese zomers wel uit te houden zijn. Als we de bebouwing achter ons laten rest er niets dan glooiend landschap met kurkeiken, pijnbomen en eucalyptusbomen. De kurkeiken zijn genummerd, de nummers geven weer wanneer de bast is geoogst. Dat gebeurt voor het eerst als de boom al zo'n 25 jaar oud is en daarna moet er minimaal 9 jaar tussen de kurkoogsten zitten. De kwaliteit van de eerste twee oogsten is meestal niet hoog, pas bij de derde oogst kan de kurk worden gebruikt als stop van wijnflessen. De wandeling gaat op en af door vooral gebieden met kurkeiken, hier en daar een pijnboom en soms een stuk eucalyptusbos. De paden zijn meestal brede gravelwegen of karrensporen, gortdroog en stoffig. De temperatuur werkt in het nadeel, het is zeker 27 graden en dat maakt een gemakkelijke route toch nog pittig zwaar. Onze 6 liter vocht in de rugzak is maar net voldoende. Onderweg kunnen de hondjes nergens bijtanken want water stroomt er niet. De ruïne van Convento de Nossa Senhora do Loreto is een uitstapje, keurig aangegeven met een wegwijzer. Hier liep voorheen de Caminho Histórico langs, in de Rother gids uit 2021 nog als zodanig aangegeven. Op de site van Rota Vicentina en ook op de informatieborden staat de nieuwe route. De ruïne van het klooster is niet meer dan restanten van muren en gemetselde poorten, overgeleverd aan de natuur en vrij toegankelijk. Ondenkbaar in Nederland of Duitsland, er zou een steen kunnen vallen die een passant opvangt met zijn hoofd. Hier gelukkig geen bouwhekken er omheen of lelijke borden met zo'n akelig mannetje met opgeheven vlakke hand. Vlak voordat we de ruïne zien passeren we een geitenboer met bouwvallige stallen en gebouwen, we mogen hopen dat ze hier zelf niet wonen maar ook dat zou zomaar kunnen. Het is een grote chaos romdom het geitenverblijf, het doet afbreuk aan het geheel en het uitstapje naar de ruïne is daardoor nauwelijks de moeite waard. De geitenboer en (waarschijnlijk) zijn vrouw laten zich ook nog zien maar vooral horen, ze gillen van alles tegen de geiten om ze in beweging te krijgen, het lijkt erop dat de geiten net zoveel Portugees verstaan als wij want ze weigeren mee te werken. Terug op de splitsing zet het glooiende desolate landschap zich voort, op het laatste deel is wat meer reuring, de gravelwegen zijn iets breder en soms staat er een huis. Er passeert een pick-up die een enorme stofwolk veroorzaakt, mede omdat ie nauwelijks gas terugneemt. Op het eindpunt van de eerste etappe staat een café met supermarkt. Voordat we de fietsrit maken tanken we bij op het terras waar een ijskoud 0.0 biertje slechts €1,20 kost... doe er dan maar twee! De eigenaresse kan geen woord Engels, de tijd lijkt hier te hebben stilgestaan. 

Western.
We parkeren in Vale Seco voor de tweede etappe naar Cercal do Alentejo waar we vandaag de fietsen hebben gestald. Net als gisteren lopen we op stoffige zandpaden en gravelwegen tussen de kurkeiken. Vale Seco doet zijn naam eer aan; het betekent: 'droge vallei'. Een paar stukken zijn omheind en hier lopen we tussen de koeien, ook een reus van een stier loopt ertussen.
Een boer is bezig de koeien uit een - met stalen hekken omheind - verblijf te drijven. Bedenk er een cowboyhoed en een pakje cabbalero bij en dan ben je figurant in een oude western. Verderop staan nieuwsgierige geiten te kijken hoe wij passeren. Een drietal kleine zwarte varkentjes zet het op een lopen, ze duiken achter elkaar aan door een gat in de omheining het dichte veilige struikgewas in. In Vale das Éguas staat Casa Fonseca, een café waar we vandaag €1,30 moeten neerleggen voor koude ice-tea. De temperatuur loopt flink op, de voorspellingen zijn bijgewerkt. De 22-24 graden die vorige week werden voorspeld zijn nu verhoogd met 5-6 graden en daarmee wordt het om te wandelen erg warm. Op het terras in de schaduw is het nog wel aangenaam. Het stuwmeer Albufeira de Campilhas biedt een welkome verfrissing voor Fay en Bliss. We nemen een lange pauze aan de waterkant. In Cercal do Alentejo staat een fotogenieke wit met blauwe kerk; Igreja Matriz de Nossa Senhora da Conceição. Samen met de smalle straatjes, fraaie gevels met Portugese tegels en huisnummers verantwoordelijk voor de meeste fotomomenten van vandaag.

Keuzes maken.
We maken na twee dagen op de Caminho Histórico de balans op. Nog negen etappes door het stoffige warme binnenland over zandpaden door dor landschap klinkt niet heel aantrekkelijk. Etappes zoals vandaag van bijna 25 kilometer wandelen en 17 kilometer fietsen zijn door de korte dagen in oktober ook een uitdaging. Voor donker terug op de camping is praktisch niet haalbaar en dan mag er ook nog niets misgaan. De pootjes van de hondjes hebben het zwaar te verduren op de gortdroge gravelwegen met deze warmte. De Trilho dos Pescadores, de kustroute die we in 2022 hebben gelopen, was veel afwisselender in onze herinnering en de branding van de Atlantische Oceaan missen we toch ook wel. Conclusie: We gaan de verbindingsroute tussen Cercal do Alentejo en Porto Covo aan de kust misschien nog lopen maar voorlopig volgen we de Trilho dos Pescadores naar het zuiden, het Visserspad dat we al eerder hebben gelopen.
Op deze route kunnen we gemakkelijk etappes rond de 10-15 kilometer plannen en dan valt de tijdsdruk weg, wel zo fijn. De oceaan biedt daarnaast verfrissing voor Fay en Bliss want volgens de laatste voorspellingen blijft het warm de komende tijd, rond de 30 graden.

Porto Covo. 
Na een rustdagje beginnen we aan de eerste etappe van Trilho dos Pescadores. De verbindingsroute tussen Cercal do Alentejo en Porto Covo stellen we nog even uit, het wordt wederom warm vandaag dus gaan we eerst voor de korte 10 kilometer wandeling langs de kust van São Torpes naar Porto Covo. Het enorme strand bij São Torpes is nagenoeg verlaten.
Als we Fay en Bliss uit de California laten kunnen ze meteen los rennen op het strand. Vooral Fay is dolgelukkig en gaat in volle sprint naar de branding; een prima besluit om de Trilho dos Pescadores te gaan volgen moet ze denken. Wij kunnen meteen de schoenen uittrekken, de hele roedel slentert bij zomerse temperaturen door de koude branding van de Atlantische Oceaan. Het water is echt fris, de surfers hebben hun pakken aangetrokken. Ze moeten ook wel lang wachten op die ultieme golf die vandaag vast niet komt. We volgen zoveel mogelijk het strand en de schitterende gladgeslepen rotsplateaus, zo dicht mogelijk aan het water. De aantrekkingskracht van de zee is enorm; Fay is een echte waterrat, of beter gezegd: een zeehond, die gaat er altijd helemaal in, wij gaan er tot over de enkels in en zelfs Bliss, helemaal geen liefhebber, gaat er tot de buik in. De twee koffiepauzes lopen gigantisch uit, minstens 2x een uur nemen we pauze. Op een verlaten strand met rotspartijen in zee die de golven breken is het heerlijk toeven. De strandlopers, kleine vogeltjes met adhd, rennen energiek met de golven mee over het natte zand, op zoek naar lekkers. Deze etappe van Trilho dos Pescadores is slechts 10 kilometer, haast maken hoeft niet en het is echt zomers warm. Op de paden hoog boven zee in de duinen kleurt de uitgebloeide hottentottenvijg rood. Er bloeit eigenlijk niets meer maar de oranje rotsen, de groen- en roodgekleurde hottentottenvijg maken het toch nog een kleurrijk geheel. Het steekt mooi af tegen het witte mulle zand waar we doorlopen. De zee kleurt prachtig blauw, net als de lucht, het is onbewolkt. Dicht bij Porto Covo bloeit ook nog een geel-oranje margriet. Het is allerminst saai en de verbindingsroute tussen Caminho Histórico en Trilho dos Pescadores is inmiddels genomineerd om te skippen. Voorlopig plannen we een paar wandelingen op de Trilho dos Pescadores want van de zee wordt de hele roedel blij. 

Herfstkleuren.
Het opnieuw lopen van een route heeft zo zijn voordelen. Etappe twee van Trilho dos Pescadores is vrij lang en gaat vaak door de duinen met mul zand. We korten de route iets in en slaan het minder tot de verbeelding sprekende stuk door Vila Nova de Milfontes over. Ons eindpunt is Porto das Barcas aan de rand van het dorp. Vanuit Porto Covo beginnen we aan de tweede etappe van het Visserspad. Zodra het kan nemen we het pad over het strand in plaats van het mulle duinzand. Het wandelt heerlijk blootsvoets door de branding. De golven zijn vandaag serieus hoog, twee meter is geen uitzondering en dat is waar de surfers op liggen te wachten zo'n 50 meter uit de kust. Ze dobberen al wachtend op die ene golf die ze naar het strand stuwt, mooi om te zien, lastig lijkt het ook want het lukt ze meestal niet. Kilometers wandelen we langs de waterkant, de zee is zo onstuimig dat er een nevel hangt op het strand. Bloedheet is het daardoor niet meer. Stokken apporteren is voor Fay en stuk uitdagender vandaag. Tot voor kort zou ze rollende golven mijden maar nu gaat ze er helemaal voor, net als de branding surfers, vastberaden duikt ze erin. Een paar naaktstranden passeren we, het zijn vooral mannen die er lopen, laat ze maar uitkijken, Fay apporteert immers graag stokken. Een aangespoelde dode haai van ongeveer een meter verspreidt een indringende rotte geur, Fay wil er eigenlijk even in rollen maar dit aroma willen we niet in de camper vannacht. In de duinen zijn de roodgekleurde hottentottenvijgen talrijk, slechts een enkele bloeit nog rose, alleen daar waar de ondergrond vochtig is door een waterstroompje maar dat is een zeldzaamheid. Verder zien we vooral uitgebloeide planten zoals armeria, zeevenkel, heide en de zaaddozen van de strandnarcis. Aan het eind van de dag staan we voldaan bij de fietsen. Deze keer fietsen we rechstreeks naar de camping in Milfontes, die is vlakbij. Ageeth, Fay en Bliss wachten daar terwijl ik de camper uit Porto Covo haal. Een mountainbikeritje naar de camper is zonder aanhanger op de 29-er genieten, we zijn mooi op tijd klaar vanavond.

Zomer.
De temperatuur blijft onverminderd hoog, het is zaak om te onthaasten net als de locals. Met de etappe van Vila Nova de Milfontes naar Almograve doen we hetzelfde als gisteren; we laten het minst aantrekkelijke deel eruit. De grote brug over Rio Mira is geen feest om te lopen, helemaal niet als het warm is. We parkeren bij restaurant Oasis zodat we vrij snel op de kustpaden lopen. Met een beetje mazzel is Oasis vanavond open, de locatie is erg mooi tegenover Vila Nova de Milfontes aan de andere kant van het water. Het inkorten scheelt een paar kilometer zodat we weer uitgebreid de tijd kunnen nemen voor een blootsvoetse strandwandeling en een frisse duik. Ook vandaag zijn er weer hoge golven, Bliss gaat helemaal kopje onder maar dat was zeker niet haar bedoeling. Het lange strand Praia do Brejo Largo heeft alleen aan de noordzijde een houten trap. Halverwege zit een touw om weer in de duinen te klimmen. Aangezien een lange strandwandeling geen straf is lopen we terug naar de trap, we hebben de tijd. In de duinen bloeit nog een enkele hottentottenvijg rose of geel, meestal weer daar waar water is en de ondergrond niet kurkdroog is. De uitzichten op de talrijke baaien blijven fascineren, steile afgronden met onophoudelijk de golven die uiteenspatten op de rotsen of tientallen meters de stranden oprollen. Op de kiezelstranden rollen de stenen met de branding heen en weer, ook de serieus dikke keien worden meegenomen door de krachtige golven waardoor ze mooi rond zijn gemaakt in de loop der jaren. Na 12 kilometer zijn we terug in Almograve. We fietsen vandaag met z'n allen terug over de drukke autoweg. De meeste automobilisten houden wel rekening met ons. We rijden met felle knipperlichten voor de zekerheid. Restaurant Oasis is open, een heerlijke afsluiting van dit relaxte dagje. De warmte houdt nog een paar dagen aan, dit ritme moeten we voorlopig vasthouden: 3 uur wandelen, 2 uurtjes strand en een klein uurtje fietsen... niet verkeerd. 

Strand.
De etappe van Almograve naar Zambujeira do Mar knippen we in tweeën. Zolang het richting de 30 graden gaat beperken we ons tot kortere wandelingen. Eindpunt is Cavaleiro op krap 9 kilometer wandelen door de duinen en over de kliffen hoog boven de Atlantische Oceaan. Praia Grande de Almograve is een schitterend strand om te beginnen en de enige mogelijkheid om op te frissen voor Fay en Bliss. De standtent Bar da Praia is nog geopend, hier kunnen we eind van de middag mooi aanschuiven. Het terras hoog boven het strand ligt prachtig. Voordat we daadwerkelijk de duinen in lopen blijven we zeker anderhalf uur rondhangen op het strand, Fay heeft de dag van haar leven. Stokken apporteren is nog een hele kunst met de hoge golven. Eén keer verdwijnt ze er volledig in en als een branding surfer wordt ze het strand op gestuwd. Het maakt haar allemaal niets uit, water is het leukst wat er is. Bliss is veel voorzichtiger, die gaat er echt niet helemaal in. Wel vind ze het prima dat we haar helemaal nat maken, lekker koel straks in de duinen. Port de Ilha is een klein vissershaventje op de route in een baai waar de golven worden gebroken door een natuurlijke barrière van rotsen. Er liggen twee vissersbootjes voor anker. Eigenlijk zouden er op het Visserspad veel meer van dit soort fotogenieke haventjes moeten liggen maar ze zijn schaars. In de duinen loopt het zwaar in het losse zand en na 2,5 uur bereiken we Cavaleiro waar ons een korte fietsrit naar de camper wacht. Aan de rand van het dorp zien we hoe de zoete aardappelen met het handje worden geoogst en in kisten gedaan, heel kleinschalig. Op het terras van Bar da Praia is het heerlijk, het koelt iets af tegen de avond en we zien de zon in zee zakken. 

Bata Doce.
De laatste kilometers naar Zambujeira do Mar langs de weg is vandaag het te skippen deel. Eindpunt leggen we bij het restaurant O Sacas waar we goede herinneringen aan hebben. De etappe van vandaag is daardoor weer goed te behappen met wederom 9 kilometer. Parkeren lijkt even lastig te worden in Cavaleiro, met borden worden we naar een weiland geleid waar zeker 100 tijdelijke parkeerplaatsen zijn gemaakt. Het is vandaag 'Festa da Batata-Doce' ofwel het zoete aardappelfestival. Gisteren geoogst en vandaag hier op de markt te koop. Daarnaast staan er allerlei kraampjes en eettentjes, een gezellige boel, we maken eerst een rondje over de markt. Mensen kopen er massaal een zak zoete aardappelen. De kustroute naar Zambujeira do Mar biedt slechts één mogelijkheid tot een uitstapje naar een strand, eerst gaan we anderhalf uur lopen langs de vuurtoren van Cavaleiro en over wederom mooie kliffen. Langs het pad staat veel uitgebloeide gomcistus (of ladanumroos, cistus ladanifer) met zwarte kleverige bladeren. Dit komt door een aromatische harsafscheiding als beschermende reactie op warmte en droogte. Door zonlicht en oxidatie kleurt het blad zwart. Op het kleverige blad blijven stof- en roetdeeltjes achter waardoor het nog zwarter lijkt. Het Praia do Tonel, zoals het strand heet, is bereikbaar via een heel steile afdaling, met touwen gezekerd. Voordeel is dat de meeste wandelaars het strand alleen van bovenaf bekijken maar het is echt de moeite waard om naar beneden te gaan. We blijven zeker 2 uur beneden, beetje zwemmen, beetje foto's maken, alles rustig aan. Het is met een zeebriesje aan het water aangenaam, de temperatuur gaat weer naar de 30 graden, maar hier beneden merken we daar weinig van. Aan alles komt een eind, dus ook aan dit strand-bezoek. De klim via de touwen is veel makkelijker dan de afdaling. Fay en Bliss maakt het niets uit, die hebben hier in beide richtingen geen moeite mee. Ze stonden als eersten op het strand en ook als eersten boven. Aan het eind van de middag fietsen we Cavaleiro in, auto's staan in lange rijen langs de weg geparkeerd. Dat pieperfestival is een succes. In het weiland waar onze California staat is echter nog 90% vrij. Grappig, mensen zijn echt kuddedieren, ze hobbelen achter elkaar aan en doen elkaar na. 

Camarinhas en Cobra-rateira.
Tussen Zambujeira do Mar en Odeceixe ligt nog een fraai stuk Visserspad dat we gaan lopen. We parkeren bij Praia dos Alteirinhos, het naturistenstrand net buiten Zambujeira do Mar. De fietsen staan inmiddels ter hoogte van Praia de Odeceixe maar dan aan de andere kant van Ribeira de Seixe. Het stuk Visserspad langs de weg naar Odeceixe lopen we niet, dat doen we per fiets. Met de inkortingen aan het begin en eind blijft er nog altijd bijna 15 kilometer kustpad over. Met de fietsrit van 18 kilometer erbij weer een mooie dagvullende onderneming. We kiezen meteen aan het begin voor het alternatieve pad dicht aan de rand van de kliffen. Het Visserspad loopt een paar honderd meter opzij in de duinen. Op het alternatieve pad komen we daadwerkelijk een visser tegen. Hij wijst ons erop dat er lekkere witte bessen aan de struiken groeien en laat ons een handvol zien. Wij gaan natuurlijk op zoek naar dat lekkers, we komen tot de conclusie, met de hulp van chatgpt, dat het camarinhas zijn (corema album), we proeven er een aantal. Praia do Carvalhal is het eerste strand vandaag dat we oversteken. Een zoetwaterstroompje loopt er dwars over. Er zijn meerdere hondjes op het strand, een gezellige boel. Daarna kiezen we een alternatief pad dicht aan de rand van de kliffen. Dit pad oppikken vanaf het strand is niet gemakkelijk, het gaat heel steil omhoog door de struiken. Aan drinkwater voor Fay en Bliss vandaag geen gebrek, we passeren meerdere beekjes. Op Praia da Amália nemen we een lange pauze met verfrissende duik in de Atlantische Oceaan. Niet ver van het strand is een parkeerplaats, het is daardoor iets drukker maar het wordt zeker niet overlopen. Het volgende hoogtepunt, na de ontelbare vergezichten op de hoge kliffen, is het vissershaventje bij Azenha do Mar. Het dorpje zelf oogt wat armoedig, het haventje met de bootjes op het droge en al het vissersmaterieel is weer heel fotogeniek. De laatste kilometers door los zand door de duinen vallen ons zwaar, het is minder warm maar nog steeds zomers. Op het zandpad ligt een een Cobra-rateira (Montpellier slang) te zonnen, hij is razendsnel vertrokken als hij ons spot. Deze slang is wel giftig maar heeft zijn giftanden achter in de kaak, in principe zijn ze ongevaarlijk en gaan de confrontatie niet aan. Pijlsnel zijn ze. We spotten een stel ooievaars, voorheen overwinterden ooievaars in west Afrika maar door de klimaatverandering blijven er steeds meer aan de Portugese kust in de voedselrijke gebieden. Het zal extreemrechts een rotzorg zijn dat de ooievaars minder trekken en het klimaat in de vernieling wordt geholpen. Binnenkort gaan we weer stemmen, we hopen op een koerswijziging. Op de parkeerplaats waar onze fietsen staan is het druk met campers, de laatste honders meter wandelpad is daardoor een smeerboel met veel toiletpapier. Logisch dat men camperaars steeds vaker probeert te weren want dit is onhoudbaar. Waarom gaat met niet gewoon op een camping staan, wel geld voor een camper neerleggen maar te zuinig voor een camping...
bijzonder.

Percursos Circulares.
De temperatuur zakt iets, met een graad of 24 is het nog steeds zomers. Naast de twee lange afstandswandelingen die Rota Vicentina biedt zijn er nog een hele serie rondwandelingen (Percursos Circulares). Ze overlappen soms delen van de Trilho dos Pescadores en de Caminho Histórico.De eerste route die we gaan lopen is in en rond het startpunt van Caminho Histórico in Santiago do Cacém. De route heet Santiago Histórico en is rood-geel gemarkeerd. We starten weer op de ruime parkeerplaats bij de ruïne van Capela de São Pedro. Bij de bezienswaardige gebouwen op de route staan informatieborden. We hebben vandaag alleen water mee, onderweg scoren we wel een kop koffie, in ons geval op het terras bij Pastelaria Serra; koffie, thee en twee taartjes, de schade: €5,80. Voor de molen 'Moinho da Quintinha' verlaten we even de route, vierhonderd meter misschien heen en terug. De Romeinse ruïnes zijn gesloten op maandag, het schuifhek wil wel open dus we kijken even snel bij Capela de São Brás achter het hek. Door de landerijen lopen we in een boog om Santiago do Cacém. Bij Parque Urbano Rio da Figueira komen we weer in het stadje, dit park ligt ook op de Caminho Histórico route maar omdat het best fraai is doen we het nog een keer. Een week geleden konden we de ruïne van Capela de São Pedro alleen van een afstandje zien, nu zijn er twee mannen op het terrein aan het werk. Eén van de mannen maakt ons met gebarentaal duidelijk dat we via het openstaande hek naar binnen kunnen. Obrigado! We zien de ruïne nu van dichtbij. 

De tuinen van São Luís. 
Hortas de São Luís, dat is de naam van de tweede rondwandeling van Rota Vicentina. 'De tuinen van São Luís', veel moestuinen en boomgaarden op deze route. Appel, kweepeer, tomaat, paprika, citroen, sinaasappel, olijven... er staat werkelijk van alles waardoor het een leuke afwisselende route is. Het stuk bos met kurkeiken en eucalyptus is veel groener dan de eerste etappes van Caminho Histórico, er staan varens wat duidt op een vochtiger klimaat. We maken een klein uitstapje naar São Domingos, een bergtopje op 374 meter hoogte met een uitkijktoren en een zendmast, door de mist hebben we geen uitzicht. Dwerggaspeldoorn bloeit geel in het bos. Bij café Gabriela eten we na afloop een broodje. De eigenaresse komt bij ons zitten onder de overkapping. Ze vindt Fay en Bliss helemaal geweldig. Fay is meestal terughoudender als het om vreemden gaat maar Bliss en Gabriela hebben elkaar gevonden. In het Portugees wordt Bliss van alles verteld terwijl er onafgebroken geknuffeld wordt, Bliss kruipt helemaal tegen haar aan. Deze wandeling vond Bliss de fijnste, zonder twijfel.

Kweeperen.
Er zijn nog een aantal Percursos Circulares die we willen lopen, we kiezen nu voor de rondwandelingen die ook de kust aandoen. Da Bodeira até ao Mar is de eerste die de kust combineert met het achterland. In het rustige dorpje Bodeira start de wandeling. Het dorpje zelf bezichtigen we na de ronde. We passeren weer het nodige fruit aan de bomen, de kweeperen zijn klaar voor de pluk, sommige zijn al te rijp of liggen op de grond. We trekken de conclusie dat niemand deze hier zal oogsten. Het binnenland is glooiend en vooral bij de fruitbomen best interessant. Daarna wordt het toch wel ietwat saai. Zodra we de kust naderen verandert de vegetatie. De camarinhas, de eetbare witte besjes, zijn talrijk, verder staat er venkel, lavendel, rose heide en gele dwerggaspeldoorn. We naderen het strand en Fay heeft dat door, ze kijkt telkens of er een afkorting is maar er is maar één pad naar beneden. Als we daar lopen is de stank bijna niet te harden; op het strand ligt een aangespoelde dolfijn van zeker 2,5 meter. Bliss vindt het wel een fijne geur, Fay staat al bij de branding. We volgen het strand tot Carrapateira, het is veel minder warm maar heel vochtig en klam. De zee is lekker fris. Terug in het binnenland staan zwarte pijnbomen, hier heeft een brand gewoed. De hottentottenvijg is een van de eerste planten die hier weer groeit, slecht nieuws voor de inheemse soorten. We passeren een vallei met koeien, er lopen een tiental zogenaamde koereigers tussen, deze slimme opportunisten pikken insecten, kikkers en muizen op die zich voor de grazende koe uit de voeten maken. Als we bijna bij Bodeira zijn lopen we even naar de kweeperenboom om er een aantal te oogsten. Hier maken we kweepeercompote van in Nederland, dat wordt nagenieten straks. Op het zandpad ligt een cobra-de-escada (ladderslang) te zonnen. Deze slang in ongevaarlijk en blijft in eerste instantie gewoon liggen, vertrouwend op zijn camouflage. Het duidelijke ladderpatroon op zijn rug duidt op een jong exemplaar, deze is een halve meter lang. We maken een rondje door Bodeira, een oud vrouwtje komt even 'kletsen' over - en met - onze hondjes. In het 'centrum' van Bodeira zit weer zo'n onopvallend klein café, die zijn leuk om bij te tanken. Deze rondwandelingen houden we er even in, het binnenland in de herkansing en succes verzekerd aan de kust.

Jeneverbes.
In Carrapateira start de rondwandeling 'Pontal da Carrapateira', deze gaan we combineren met de kortere wandeling 'Amado'. De eerstgenoemde heeft een kustroute in petto die niet is opgenomen in Trilho dos Pescadores, dus nieuwe paden op. Al snel kunnen Fay en Bliss opfrissen in Ribeira de Carrapateira. Het grote strand van Carrapateira komt meteen daarna, we lopen door tot het volgende strand tot ontsteltenis van Fay. De gemarkeerde route gaat veelal over een brede gravelweg maar er is een ongemarkeerd pad dichter aan de rand van de kliffen; deze volgen we. Het is warm en de luchtvochtigheid is extreem hoog, tussen de kliffen hangt een deken van nevel. Er staan voornamelijk jeneverbesstruiken op de kliffen. Het strand Amado is, vergeleken bij de eerder gepasseerde stranden, vrij druk. Wellicht heeft het te maken met de herfstvakanties. We lopen naar de zuidelijke punt van het strand, daar is het rustig. Wij pauzeren, Fay wil apporteren. In het binnenland is het best heuvelachtig. Hoge luchtvochtigheid + windstil = zweten. Ons pad gaat door dicht struikgewas wat niet altijd gemakkelijk loopt. Dichter bij de kust wordt het opener en naast struiken komen ook de lagere planten terug. Vandaag geldt wederom: dicht bij de kust of op het strand is het qua wandelen het aantrekkelijkst, de rollende golven doorbreken de stilte en er is veel meer variatie in vegetatie. De steile kliffen maken het plaatje compleet.

Algarve.
Tussen Sagres en Salemo ligt nog een traject van de Trilho dos Pescadores. Dit stuk is vrij pittig, veel technischer dan de andere etappes. De rotsachtige ondergrond loopt vergeleken met het losse duinzand wel makkelijker. De korte klimmetjes en afdalingen zijn daarentegen soms best steil. Vanaf onze camping in Sagres tot Salemo is krap 20 kilometer. Met fietsen erbij net te gek dus we kiezen ervoor dat een van ons de camper wegbrengt naar Salemo. Vrijwilligers? Ik zei de gek. De mtb rit plan ik over gravelwegen, zonder aanhanger prima te doen. Bij Vila de Bispo rij ik verkeerd en volg de download van Caminho Histórico per abuis. Als er nog twijfel was om hier een stuk van te lopen is die nu wel weggenomen; brede eentonige gravelwegen met aan weerszijden dor grasland en de laatste kilometers, als afwisseling, asfalt met verkeer. De gravelwegen zijn leuk met de 29-er, dat wel. De rondwandeling bij Cabo de São Vicente, die de Trilho dos Pescadores combineert met Caminho Histórico verbergen we snel in onze wandel-app. Vanaf de camping gaan we op pad richting Salemo. Zelfs het wandelpad naar de kust vanaf de camping is leuk. Het strand bij Martinshal, waar de route overheen gaat, is verboden voor hondjes. Jammer maar we moeten er toch echt over. Het strand is toch iets te druk, een paar honderd meter verderop ligt Praia dos Rebolinhos waar bijna niemand is. Fay en Bliss even te water en dan kunnen we weer door. Bij Ponta de Caminhos kiezen we voor het alternatieve pad langs de rand van de kliffen. We zien hier oude markeringen van het Visserspad, het is dus omgelegd. Praia do Barranco is ons strand voor een hele lange pauze waarbij de hele roedel te water gaat. Bliss heeft wat hulp nodig maar opfrissen is belangrijk met dit weer. Op de route treffen we lage struiken met eikels, het blad is klein en lijkt op hulst, de eikels zijn normale grootte. Het is de carrasco of azinheira-brava (kermeseik), een groenblijvende eikensoort die het goed doet op de droge rotsige hellingen van de Algarve. Stranden en kliffen met steile klimmetjes en afdalingen volgen elkaar in rap tempo op. Alleen het stuk gravelweg ter hoogte van Figueira is heel gemakkelijk maar meteen ook saai vergeleken bij de rest. Met de lange pauze erbij zijn we zeven uur op pad.

Sagres. 
Een korte stadswandeling door Sagres, waar we een paar nachten op de camping hebben geslapen, is de laatste wandeling deze vakantie. We laten Chatgpt de bezienswaardigheden uitzoeken en maken een route langs onder andere de haven. Igreja Paroquial de Sagres is een kerk waar we langskomen, of bijna langs rennen. Een betonnen kolos is het, het ziet er niet uit. We lopen snel door naar de haven en die is wel fotogeniek; talloze vissersbootjes liggen er voor anker. Fay vind het strand naast de haven natuurlijk het mooist, er zijn praktisch geen golven en dat maakt apporteren een stuk eenvoudiger. Rua Comandante Matoso zou de straat met het meeste vertier moeten zijn maar dat valt vies tegen. Bij Praia de Mareta staat de parkeerplaats vol met grote witte campers en bij Mar á Vista vragen ze de hoofdprijs voor een frisje. Aanvankelijk willen we nog naar de vuurtoren en het fort op Ponta de Sagres maar we korten de route in, de verwachting zijn behoorlijk getemperd. Hoogtepunt is het ijsje bij Alice Galeteria, dat zegt meer over Sagres dan over de ijssalon. Als we de Chatgpt nog vragen of Sagres een oude stadskern heeft is het antwoord 'nee', het is meer een vissersdorp en surfplaats dan een stad met kronkelende straatjes en historische architectuur. Gelukkig hebben we de foto's van de haven nog.

De culinaire tip:
Restaurant Mil, Vila Nova de Milfontes. Verrassend lekker en een hoge kwaliteit voor een heel nette prijs, aardige mensen ook.

 

 


Campings:

Vila Nova de Milfontes
Camping Milfontes. 
Estrada das Pousadas
7645-300
Vila Nova de Milfontes

Sagres
Parque de Campismo Orbitur Sagres
Cerro das Moitas
8650-998

(Noot: de camping in Sagres is 2x zo duur als die in Milfontes, de kwaliteit is daarbij minder dan de helft)


App:

Locus Maps Free 
- Downloads Rota Vicentina
(Downloads Rother zijn inmiddels achterhaald)


De gelopen routes:

Caminho Histórico.
Santiago do Cacém - Vale Seco. 

Caminho Histórico. 
Vale Seco - Cercal do Alentejo. 

Trilho dos Pescadores. 
São Torpes - Porto Covo.

Trilho dos Pescadores. 
Porto Covo - Vila Nova de Milfontes. 

Trilho dos Pescadores. 
Vila Nova de Milfontes - Almograve. 

Trilho dos Pescadores. 
Almograve - Cavaleiro.

Trilho dos Pescadores. 
Cavaleiro - Zambujeira do Mar.

Trilho dos Pescadores. 
Zambujeira do Mar - Odeceixe.

Percursos Circulares,
Santiago Histórico.

Percursos Circulares
Hortas de São Luís.

Percursos Circulares,
da Bodeira até ao Mar.

Percursos Circulares,
Pontal da Carrapateira. 

Percursos Circulares,
Amado.

Trilho dos Pescadores, 
Sagres - Salemo.

(Stadswandeling Sagres)

[ klik hier voor alle foto's op één pagina ]