" Blessed is the person who has earned the love of an old dog"
Sidney Jeanne Seward
Jämtlandfjällen Zweden, juli/augustus
2019.
Ons bejaarde hondje.
Het is zomer 2019, Kate is inmiddels de tien jaar gepasseerd. We willen haar de blokkenterreinen in de Pyreneeën besparen. Bovendien heerst er een hittegolf in die regio. Een combinatie van beide lijkt ons teveel voor ons grijze snuitje. Het mag wel iets minder warm en minder stenige ondergrond, want ook Kate's voetzooltjes willen wel slijten. De Hardangervidda zou een mooie bestemming kunnen zijn, daar liepen we al vier keer eerder, de ondergrond is er iets minder scherp en zeker niet zo heet over het algemeen. Of een geheel nieuwe bestemming wellicht? Ongeveer halverwege Zweden tegen de Noorse grens ligt de Zweedse provincie Jämtland Län.
Een gebied van een kleine 50.000 km2 met 130.000 inwoners waarvan grofweg de helft in de stad Östersund woont. Om de vergelijking maar eens te trekken: Nederland is pakweg 20% kleiner maar telt inmiddels meer dan 17 miljoen inwoners.... Er is geen voorstelling van te maken, dus wij besloten het met eigen ogen te gaan bekijken. Camping Vålågården in Östra Vålådalen is een mooie rustige camping waar je ook eenvoudig maar prima kunt eten. Bovendien start in Vålådalen, een paar kilometer verderop in het dal, een vijfdaagse wandeling van Rother. De Rother Wanderführer Schweden-Mitte hadden we al een poosje in huis. Onze boekenkast puilt ongeveer uit van de Rother Wanderführers maar wij zijn fan van deze handige gidsjes en blijven ze regelmatig bestellen, boekhandel de Zwerver blijft ze ook met plezier opsturen denken we. Wij hadden in ieder geval alvast twee meerdaagse tochten aangevinkt in het Rother gidsje. Een driedaagse klassieker en natuurlijk die vijfdaagse vanuit Vålådalen. Zweden staat onder andere bekend om de mygg (muggen). Wij zijn echt wel wat gewend in Nationaalpark Weerribben-Wieden dus wij laten ons niet snel afschrikken. Bovendien kan het nooit erger zijn dan de midges in Schotland. Zweden heeft zijn eigen midge, hier heet ie alleen knott.
Natuurlijk zijn ze vervelend, zowel de mygg als de knott, maar pas echt irritant vonden wij de grote steekvliegen (dazen?) die razendsnel zijn. Gelukkig is er de 'Djungelolja' met deet; daar hebben alle soorten insecten een hekel aan. Alleen die steekvliegen zoeken net zo makkelijk een stuk huid op zonder deet, als ze daarvoor door de kleding moeten steken is dat wat hun betreft geen probleem. Veel zeldzamer en schuwer dan de, ongetwijfeld nuttige maar soms vervelende, insecten zijn de 'big four' in Zweden. Hiermee worden de vier grote roofdieren bedoeld; de beer, de wolf, de lynx en de veelvraat. De kans op een ontmoeting met een van deze roofdieren is gelukkig nihil, wij zitten niet te wachten op zo'n confrontatie met de hondjes erbij. Als we ze toch graag willen zien googelen we ze wel eventjes. Wij troffen heel goed weer en met slechts één regenbui in de nacht tijdens de meerdaagse tochten mogen we niet klagen. Korte broek en T-shirt in de Zweedse Jämtlandfjällen, wie had dat gedacht. De temperatuur was tijdens onze eerste meerdaagse tocht zelfs aan de hoge kant, we hadden juist de Pyreneeën terzijde geschoven om die reden. Ook in Zweden geldt het 'allemansrätten' wat betekent dat je overal kunt gaan wandelen waar je wilt. Ook bivakkeren voor één nacht op dezelfde plaats in de bergen hoort daarbij. Natuurlijk zijn er regels, meest belangrijke en bijna allesomvattend is: 'leave no trace' en zorg ervoor dat niemand er last van heeft. Nog een dingetje: een landeigenaar is gerechtigd een hond die achter rendieren aanjaagt af te schieten. Onze hondjes lopen eigenlijk continu los maar in de buurt van de rendieren hebben we ze wel eventjes aangelijnd.
Al was het maar om eventuele landeigenaren niet op de kast te jagen want onze honden zullen er echt niet meteen achteraan vliegen. Standaard bij ons: als een van de drie de neus in de lucht steekt roepen we ze bij ons. Soms ruiken ze wild of een vogel maar veel vaker gaat het om afval, etensresten of wc papier ....
De Jämtland Triangeln.
Deze driedaagse tocht in het Rother gidsje is dus een klassieker, eentje die bij de Zweden zelf ook erg populair is. Een goede manier om zo een eerste indruk te krijgen van de Jamtlandsfjällen, zoals het berggebied wordt genoemd. De Jämtland Triangeln is een driedaagse tocht van fjällstation naar fjällstation in, hoe kan het ook anders, de vorm van een driehoek. De fjällstations zijn bepaald geen sobere berghutten, het zijn complete berghotels met restaurant. Groot en luxe maar om halverwege de wandeling op te steken ideaal. Langs deze fjällstations gaan ook de winterroutes en in de winter is die luxe heerlijk denken wij. Een lange pauze op het terras bij zo'n fjällstation met koffie en koek vinden wij geen straf. Aangezien wij in ons tentje slapen planden wij Rother's driedaagse iets anders in. Wij maakten er een vierdaagse van waarbij we de eerste en vierde dag een halve dag liepen. Halverwege de tweede en derde dag konden we zo opladen bij de twee fjällstations en ongeveer halverwege de Rother etappes, tussen de grote fjällstations, planden we onze bivaks, ver weg van die fjällstations. We parkeerden onze California camper op de overvolle parkeerplaats bij Storulvåns fjällstation voor 200 Kronen, da's ongeveer 20 euro voor het gemak, en begonnen aan ons eerste avontuur in de Zweedse bergen. Bij het enorme fjällstation was het eerst nog een drukte van belang want het was rond etenstijd toen wij er waren. Eenmaal op de route was dat gauw vergeten, mede omdat het dus al laat was en de meeste wandelaars de dag er al op hadden zitten.
Over houten vlonders en daarna door halfopen bos met kronkelige berkjes en later struiken liepen we in ongeveer twee uurtjes tot het riviertje Stor-Ulvån. Daar staat een schuilhutje, Ulvåtjärn. Een paar honderd meter verderop plaatsten we onze tent, aan het water.
Frukt Soppa.
Het is dan nog eens twee uur lopen, licht stijgend naar Blåhammerens fjällstation waar we de volgende dag mooi rond lunchtijd arriveerden. Dit fjällstation staat bekend om zijn goede keuken. De Frukt Soppa volgens oud Samen recept is een aanrader en een welkome aanvulling op de Real Turmat instant maaltijden. Na de koffie met heerlijke koeken begonnen we aan de 19 kilometer lange etappe naar Sylarnas fjällstation. Gelukkig hoefden wij maar tot de schuilhut Enkälen, halverwege de etappe want hier lijkt geen eind te komen aan het wandelpad. Hier wordt duidelijk dat de Jämtlandfjällen niet zomaar een berggebiedje is waar je even doorheen wandelt. Het gaat continu op en neer over stenig terrein en over kilometers planken die de Zweden hebben aangelegd om droog de veengebieden te kunnen oversteken. Het landschap rolt zo door tot de horizon en je beseft weer eens dat we eigenlijk maar klein en nietig zijn. Een kilometer voorbij de schuilhut Enkälen vonden we een mooie bivakplaats aan een van de meertjes.
De volgende dag keert dat gevoel terug als na uren lopen Sylarnas fjällstation in het zicht is maar niet dichterbij lijkt te komen. Het fjällstation is kilometers van tevoren al te zien maar het tempo is slechts 3 tot 4 km per uur. Dat is ook ongeveer het tempo dat Rother aanhoudt en dat klopt aardig is onze ervaring. Het uitzicht van het terras bij Sylarnas fjällstation op de rivier Sylälven en het Sylarna bergmassief is buitengewoon fraai en dat maakt het dan weer de moeite waard. Storulvåns fjällstation staat dan alweer duidelijk aangegeven en wij begonnen aan deel twee van onze etappe. Aan de Lill-Ulvån, een kilometer voorbij schuilhut Spåime, vonden we een mooie bivakplaats mét privé meertje. De vierde dag was het nog zo'n 2,5 uur terug naar Storulvåns fjällstation en de hangbrug over de Lill-Ulvån was het spannendste moment van de wandeling die nergens lastig of technisch was, niet voor ons en helemaal niet voor de hondjes die ook niet
echt onder de indruk waren van die hangbrug.
Vålådalens Naturreservat.
"Großartige Natur im Herzen des zukünftigen Nationalparks". Zo luidt de kop bij de 'Große Vålådalen-Rundtour' in het Rother gidsje. Daarmee is niets teveel gezegd. Deze vijfdaagse tocht gaat langs vier zelfbedieningshutten van STF, de Zweedse toeristen vereniging en valt geheel binnen de grenzen van Vålådalens Naturreservat. Welke superlatieven we hier moeten gebruiken weten we niet, deze wandeling heeft alles wat meerdaagse tochten zo spectaculair maakt. Groots, weids, oneindig landschap waar je vooral jezelf tegen kunt komen maar ook tot jezelf komt. Op de grote gratis parkeerplaats in Vålådalen start deze tocht en terwijl het de eerste kilometer nog best druk lijkt merk je daar niets meer van wanneer het bospad naar Lunndörrsstugorna wordt opgepakt. Een dicht bos met toch een duidelijk pad terwijl de markeringen heel schaars zijn maar het aanbod van paden idem dito. In feite zijn er telkens maar twee en soms drie routes die vaak weer bij elkaar komen.
De 'sommar' route voor de wandelaars, de 'vinter' route voor de langlaufers en dan nog de sneeuwscooter routes. De doorwading die Rother omschrijft over de snelstromende beek bleef ons bespaard, door het warme droge weer stond het water niet zo hoog en bovendien lag er een boom dwars over. Met een mooie evenwichtsoefening was de overzijde zo bereikt. Jools en Reese gingen voor de doorwading terwijl Kate voor de evenwichtsbalk koos. Het dichte bos maakt op een gegeven moment plaats voor halfopen vlaktes met meertjes en veengebied. Ook hier zijn de drassige stukken netjes voorzien van planken. Zoeken naar droge stevige ondergrond is er niet bij zoals bijvoorbeeld op de Hardangervidda wel het geval is. Het mag duidelijk zijn dat de Zweden aan hout geen gebrek hebben, kilometers planken zijn er neergelegd. Bij de Lunndörrsstugorna heette de STF huttenwaard ons van harte welkom maar onze bestemming was de Lunndörrsån, een wild stromend riviertje waar we niet ver van de hangbrug een muggenrijke bivak vonden. De volgende bestemming was de berghut Vålåstugorna 16 kilometer naar het oosten.
Heel anders dan de dichte bossen van de eerste dag gaat het hier door eindeloze halfopen bossen met duizenden kronkelige berkjes. Deze worden afgewisseld door zompig veengebied met veel planken wederom. Deze afwisseling herhaalt zich zo vaak dat we begonnen te twijfelen of we nog goed liepen. Niet dat er veel keus is want er is maar één pad. Toch checkten we even de gps voorde zekerheid want een hele dag op een verkeerd pad lopen in de
verkeerde richting is niet meer te corrigeren. De twee hangbruggen over de Tronnan en later de Vålån, beide indrukwekkende rivieren, bevestigen ook dat het wel goed zit met de route en een uur later komt dan toch echt de Vålåstugorna in het zicht. Alweer zo'n hartelijk welkom van de STF huttenwaard en dat was een goede reden om even te pauzeren en in de kleine 'butik' wat fris en Zweedse boterkoekjes te kopen. Onze bivak hadden we een paar kilometer verderop gepland, we liepen nog een uurtje door. Langzaam maar zeker maken de kronkelige berkjes plaats voor meer open landschap en uiteindelijk het boomloze, eindeloos glooiende 'kalfjäll', wat letterlijk 'kale berg' betekent. Aan de Härdångsån beneden in het dal vonden we een van de beste bivakplaatsen ooit, op een eilandje, met aan weerszijden wildstromend water van de Härdångsån. Wellicht was het koude water in combinatie met de wind de reden dat de insecten ons die avond en ook de volgende morgen met rust lieten.
Hjortons.
's Morgens vroeg een mok koffie op een steen zittend aan de beek is geweldig, een beetje in het water staren en niets hoeven doen is ultieme ontspanning. De hondjes kennen het ritueel, ze struinen wat rond, nemen een slokje fris water en doen nog een hazenslaapje in het mos in de ochtendzon. De derde etappe naar Gåsenstugorna is weer compleet anders.
De hele dag in het kalfjäll door onder andere veengebieden met heel veel rijpe 'hjortons', overheerlijke kruipbramen die eetbaar zijn als ze geel kleuren. Ze kleuren van rood via oranje naar geel, dan zijn ze lekker, als ze bleek wit worden zijn ze overrijp. Maar ook door het immense dal van de Härjångssjöarna Giebnienjaevrieh. De doorwading die Rother omschrijft was ook hier niet nodig, er lagen voldoende stenen boven water om de brede Härdångsån over te kunnen steken zonder natte voeten op te halen. De serie bergmeren die achter elkaar geschakeld liggen zijn een lust voor het oog, kilometers lang een aaneenschakeling van meren, bijna niet te omschrijven. Het terrein heeft een meer alpien karakter en er zijn zelfs een paar blokkenvelden die moeten worden overgestoken (sorry Kate). Hoe dichter we bij Gåsenstugorna kwamen hoe meer rendieren zich lieten zien, die vond Kate dan wel weer leuk. Bij de berghut zelf hebben we de hondjes aangelijnd om eventuele rendiereigenaren niet tegen ons in het harnas te jagen. Bij Gåsenstugorna stond voor de derde keer de STW huttenwaard buiten en riep weer dat hartelijke welkom. Ook hier maakten we weer gebruik van de kleine 'butik' waar wat te eten te koop is. Onze bivak zochten we enkele kilometers verderop maar meteen na de Gåsenstugorna gaat het eerst nog heuvel op en aan de voet van Gåsen zijn de eerder gepasseerde geschakelde bergmeertjes fantastisch te overzien. De afdaling daarna richting schuilhut Stäntja is ook erg mooi en aan de beek vonden we weer een perfecte bivak.
De vierde etappe over het kalfjäll naar Stendalsstugorna, daar waar de bossen weer beginnen, is een afwisselend ruig terrein. Het is alsof de stenen gelijkmatig uit de lucht zijn uitgestrooid. Glooiend groen landschap met duizenden stenen her en der verspreid, de bergstroompjes- en meertjes zorgen voor de nodige afwisseling die de hondjes dan weer gebruiken om op te frissen. De Stensdalsstugorna ligt tussen de bomen verscholen en op het terras is het uitzicht op het riviertje Stensån erg fraai. De huttenwaard wist ons te vertellen dat de meest geschikte bivak aan de Tvärån Stårjenjohke niet vlakbij de brug, maar juist een flink stuk stroomopwaarts zou zijn. Wij namen het advies ter harte en liepen een eind weg van het wandelpad. Dat pakte heel goed uit, aan een schitterende waterval met mooie gladde rotsen en een heuse badkuip bivakkeerden we voor de laatste keer.
De volgende ochtend schrok iedereen zich een hoedje; wij van het geblaf van de honden, de honden van het rendier naast de tent en het rendier zelf waarschijnlijk ook, want die verwachtte geen drie hondjes in zo'n klein tentje. De bivakplaats is toch wel een belangrijk onderdeel van de meerdaagse wandelingen. Ook bij deze laatste was drinkwater filteren, jezelf opfrissen -het liefst even kopje onder- weer heel goed mogelijk. Als het tentje ook nog vlakbij het water kan staan en we de hele nacht klaterend water horen is het plaatje compleet wat ons betreft. Voor de hondjes is het ook prettig dat ze zo even een slok fris water kunnen halen. De laatste ochtend deden we rustig aan, voor de laatste etappe van een kleine vier uur met lichte rugzakken maakten we geen haast. Een gemakkelijke etappe ondermeer langs de Vålån, die hier al serieus breed is doordat de Stensån, en later ook de Lunndörrsån, zich erbij hebben gevoegd. Naarmate Vålådalen dichterbij komt wordt het ook iets drukker met wandelaars en mtb-ers. Het laatste stuk is vrijwel vlak over brede paden, lekker uitlopen richting de parkeerplaats waar we onze camper intact aantroffen. Na het akkefietje in Catalonië kijken we altijd eerst of alle ramen er nog in zitten. Van deze vijfdaagse tocht kunnen we vrij zeker zeggen dat het een van de mooiste is die wij ooit maakten. Het afwisselende landschap in combinatie met de uitgestrektheid is werkelijk adembenemend mooi. Wij hadden wel perfecte omstandigheden, dat moet gezegd worden, maar de mate van ongerepte natuur tussen de stugorna's sprak heel erg tot de verbeelding.
Het wandelpad zelf is duidelijk, helemaal met die planken door de drassige gebieden. De markeringen van de winterroutes zijn ook wel aanwezig maar links en rechts daarvan is niets dan natuur, zover het oog reikt.
De maanden juli en augustus zijn de drukste qua toeristen, maar van drukte was op deze route echt geen sprake.
Vallbo.
Naast de twee meerdaagse tochten uit de Rother Wanderführer maakten we nog twee dagtochten direct vanaf de camping. Bij de receptie liggen gratis boekjes met zomer- en winterroutes. De korte wandeling door Vallbo, een samenviste, is vrij gemakkelijk op te pakken aan de andere kant van het riviertje Vålån die vlak langs de camping stroomt. Deze wandeling deden we op een rustdag. Het wandelpad langs de Vålån is trouwens ook ideaal om de hondjes kort uit te laten. De iets langere dagtocht naar Vålådalen, nummer 282, is zeer de moeite waard. Meteen aan de overkant van de weg bij de camping gaat de route het bos in en via veengebieden over planken en door de dichte bossen stijgt de route tot het kalfjäll, boven de boomgrens. Gezien het grote aantal rijpe kruipbramen (hjortons) wordt dit traject niet veel belopen. Het regenachtige weer wat wij troffen op deze laatste wandeldag kan ook een rol gespeeld hebben natuurlijk.
Camping:
Vålågården
Östre Vålådalen
125, 830
12 Vålådalen
Gidsen:
Rother Wanderfűhrer Schweden-Mitte
ISBN 978-3-7633-4406-2
ANWB goud Zweden
ISBN 978-90-18-02598-4
Kaart:
Jämtlandfjällen
Outdoorkartan blad 11
Norstedts
ISBN 978-91-1-306824-4
Apps:
Locus Map.
Handig voor het gratis importeren van de gps routes van Rother.
Sweden Topo Maps.
Zeer gedetailleerd met zomer- en winterroutes overeenkomstig met de kaart Jämtlandfjällen blad 11.
(gratis versie import gps niet mogelijk)
De gelopen routes.
Vierdaagse tocht vanaf Storulvåns fjällstation. (Rother's 3 daagse nr. 26)
Dag 1.
[P] Storulvåns fjällstation - Ulvåtjärn schuilhut - paar honderd meter verderop bivak.
Dag 2.
Bivak bij Ulvåtjärn schuilhut - Blåhammerens fjällstation - Enkälen schuilhut - 1 km verderop bivak.
Dag 3.
Bivak voorbij Enkälen schuilhut - brug Enan - Gamla Sylen schuilhut - Sylarnas fjällstation - Gamla Sylen schuilhut - brug Enan - Spåime schuilhut - 1 km verderop bivak.
Dag 4.
Bivak voorbij Spåime schuilhut - brug Lill-Ulvån - Storulvåns fjällstation.
Vijfdaagse tocht vanuit Vålådalen. (Rother's nr. 26)
Dag 1.
[P] Vålådalen - brug Vålån - Lunndörrsstugorna - brug Lunndörrsån - bivak.
Dag 2.
Bivak bij brug Lunndörrsån - brug Tronnan - brug Vålån - Vålåstugorna - bivak in het dal aan Härdångsån.
Dag 3
Bivak aan Härdångsån - Härjångssjöarna - Härjångsdalen schuilhut - Gåsenstugorna - 3 km verderop bivak.
Dag 4.
Bivak voorbij Gåsenstugorna - Stäntja schuilhut - Stendalsstugorna - brug Tvärån - 1 km stroomopwaarts bivak.
Dag 5.
Bivak Tvärån - Stensån - Vålån - Vålådalen.
Dagtochten.
Wandelingen vanaf camping Vålågården gemakkelijk op te pikken. Beide uit het gratis gidsje verkrijgbaar op de camping: 'Mountain experiences in unspoilt Åre'
Dagtocht 1.
nr. 281 "Vallbo natur och kulturstig"
Camping Vålågården - langs Vålån - brug over - 281 Vallbo rondje - brug over - langs Vålån - camping Vålågården.
Dagtocht 2..
nr. 282 "Björnbacksturen"
Camping Vålågården - 282 rondje via Vålådalen - camping Vålågården.
[ klik hier voor alle foto's op één pagina ]